Een paar weken geleden werd Anna in de bloemetjes gezet vanwege haar 10 – jarig jubileum als organist in onze gemeente. Hoe kwam zij hier en wat weten wij van Anna?
Haar muzikale opleiding genoot zij in Rusland, waar zij als 6-jarig meisje eerst op een gewone muziekschool en vanaf 12 jaar op een gespecialiseerde muziekschool les kreeg. Daarna volgde nog het Moskouse conservatorium voor orgel en clavecimbel waar zij in 2004 afstudeerde.
In 2013 verhuisde Anna naar Nederland, waar zij haar Master solo orgel behaalde bij Ben van Oosten. Daarna ging zij nog twee jaar aan Codarts kerkmuziek studeren, en haalde dat diploma in 2017 met een examen, dat ‘toevallig’ in de Hoflaankerk werd afgenomen.
Was het moeilijk om hier in Nederland aan het werk te gaan?
“In het begin sprak ik natuurlijk nog geen Nederlands en begeleidde Engelse diensten in de Pauluskerk. Ook werkte ik als organist in de Duitse kerk in Den Haag, en ook in protestantse kerken in Leidschendam, en in de katholieke kerk in Leiderdorp. Al deze ervaringen hielpen mij wel in mijn studie kerkmuziek.”
Jouw man Bert is ook organist, hoe heb je hem leren kennen?
[Anna begint glimlachend te vertellen…] “Op enig moment was ik met een kennis naar een kerk in Den Haag gegaan voor een Samenzangavond. Het was een mooie avond en eigenlijk wilde ik daar zelf wel een keertje spelen. Op mijn vraag of dat mocht maakte ik een afspraak en ontmoette ik de organist aldaar, die overigens al sinds 2010 aan de Oude Kerk in Scheveningen is verbonden. We maakten kennis en ja…. dat was dus Bert en zo begon onze romance en werd hij mijn man en kregen we onze zoon Bernard.”
Wat mooi, maar dan blijft toch de vraag: hoe kwam je uiteindelijk in ProRege?
“Dat was best wel toevallig. De vaste organist Gerard Verweij had aan Bert gevraagd een keer voor hem in te vallen. Op dat moment lukte dat Bert niet en mocht ikzelf hem vervangen. Alleen was ik gewend om boven te spelen waar het meestal heel erg warm was. Tijdens mijn eerste dienst in ProRege, het was een warme dag, was ik dan ook nietsvermoedend hoogzomers gekleed en bleek het orgel beneden te staan. Zat ik daar ik mijn korte jurkje en durfde ik tijdens de preek niet van de bank af te gaan. Haha, iets wat ik nooit zal vergeten. Ik heb het afsluitende Amen toen ook 2x te snel gespeeld, sommige mensen begonnen een beetje te lachen, en pas toen ik het thuis aan Bert uitlegde, begon hij ook te lachen en begreep ik het probleem. Ik sprak toen ook nog niet zo goed Nederlands en moest met de predikanten Rian Veldman en Ilse Hogeweg voor de dienst duidelijke afspraken maken na wélke woorden ik weer moest gaan spelen. Daarna heb ik Gerard nog een paar keer vervangen. Laurens de Visser en Rian Veldman hebben mij daarna gevraagd om vaste diensten over te nemen. Laurens heeft mij in al die jaren veel geholpen!”
Inmiddels heb je een uitgebreid pakket aan werkzaamheden… zoals?
“Wij hebben door het hele jaar heen veel concerten, ik speel vierhandig met Bert, en vorm een duo met fluitiste Katja Pitelina, waarmee we door het hele land optreden. Daarnaast heb ik soms soloconcerten, zoals in Delft dit jaar. Ook begeleid ik graag koren op orgel en piano, bijvoorbeeld het Toonkunst Schiedam dat in Kethel, vlakbij ons huis, repeteert. En natuurlijk ben ik ook docente en geef pianoles in Voorburg. Mijn leerlingen variëren van kleuter tot 90-jarigen, zo leuk!”
Jullie hebben natuurlijk zoontje Bernard, is dat allemaal goed te combineren?
“Ja weet je, agendatechnisch is het soms even puzzelen, maar dat lukt wel. Hij zingt graag en vindt het fijn om muziek te maken. Hij zit nu op les voor trommelen, en treedt af en toe op met mij, bijvoorbeeld in de kerstdienst. Hij hoeft echt niet persé in onze muzikale voetsporen te treden hoor, maar als muziek een onderdeel van zijn leven blijft is dat mooi. Het gaat goed met hem en hij is nu ook gewend aan de overgang naar de Hoflaankerk. In het begin moest er natuurlijk altijd al ruim voor de dienst een oppas zijn. Dat vond ik wel eens spannend. De eerste oppas was Corry Toxopeus, met wie hij nog steeds een leuke band heeft, maar nu kent hij iedereen.”
Wat je zegt: de overgang naar de Hoflaankerk. Hoe was dat voor jezelf?
“Heel erg wennen! Van een klein orgel beneden naar een groot orgel boven. Ook qua volume en het contact met de gemeente moet je je anders instellen. Verder speel ik heel graag piano en vind het heerlijk om toepasselijke muziekstukken van mooie componisten te vertolken. Wennen waren ook de roosters die ineens veranderden door de wisselende kerktijden. Verder is het soms lastig om te oefenen als er andere activiteiten plaatsvinden. Nu met iedere keer gastpredikanten die andere vormen, gewoontes en muziek hebben is het af en toe even schakelen. Nee, het eerste jaar was superspannend, maar dat gaat nu wennen. Dat geldt denk ik ook voor beide gemeenten.”
Ja inderdaad… maar het is goed om te horen en te zien dat je ervan geniet. Met een veelheid aan noten maak je een vertaalslag naar mooie muziek en daar zijn we als gemeente ook heel blij mee.
Wellicht heb je nog een slotopmerking?
“Ik ben erg blij om hier te mogen werken, er is altijd warme ontvangst en steun. Daardoor voel ik me niet alleen organist van de gemeente, maar ook deel ervan. Afgelopen december ben ik ook kerstengel geweest, en zal ook kerkmaatje worden in de zomer, heel mooi om te doen en ben erg benieuwd.”
Dorothea van Santen – Kloosterman