Pro Rege 1991 – 2009, ds Peter van Helden
Veel gasten in Pro Rege bij de Pinksterviering in 2007
15 juni 2023

Inleiding

Van juli 1991 tot april 2009 was ik predikant van de Gereformeerde Kerk te Rotterdam-Kralingen. Het was om meerdere redenen een bijzondere periode, zowel voor mij persoonlijk, als voor het gemeenteleven in en rond kerkelijk zalencentrum Pro Rege.

Toen ik mij kwam oriënteren voordat ik beroepen zou worden, was ik meteen verliefd op de kerkzaal in dit bijzondere gebouw. Smaakvol ingericht, een moderne uitstraling, een intieme ambiance. Liturgisch centrum en orgel in lichte tinten, de met bordeaux- rood beklede, comfortabele stoelen, in halfrond opgesteld. Ook Toos mijn vrouw, was enthousiast. En de stad trok, met een mooie, ruime pastorie aan de Avenue Concordia.

Om mij een fulltime salaris te kunnen bieden, moest er een tweede ‘werkgever’ gezocht worden. Dat werd het deputaatschap Jeugd- en Jongerenpastoraat van de Classis Rotterdam, die een parttime consulent zochten.

Anekdotisch: Op een gemeente-avond begin 1991 moest in Pro Rege gestemd worden over de komst van de jonge ds. Van Helden. Ze hadden met opzet gezocht naar een nog jonge predikant (ik was net 39 geworden) met een gezin. Nou, wij hadden vijf kinderen, dus dat zat wel goed. Anne Gercama had al verteld, dat een kleine gemeente best kan bestaan en levendig kan zijn, vertellend uit zijn ervaringen in Parijs. Toen stond Juffrouw Jonker op van haar stoel
(was ze toen al tachtig?) en sprak de historische woorden: “Wij ouderen hebben nu wel genoeg aandacht en preken gehad. Laat nu de jeugd maar aan bod komen!” Met een groot applaus tot gevolg, en de zaak was beklonken. 

Nieuw elan

Nog voordat wij als gezin verhuisden, hadden enkele gezinnen al bedacht: we moeten die ‘dorpskinderen’ uit Ridderkerk maar even speciaal welkom heten en ze laten zien, dat het in de grote stad ook heel leuk kan zijn, ondanks de gevaren en de drukte. Dus werd er een kennismakingsspel georganiseerd in de straten rondom Pro Rege met grappige opdrachten. Er deden wel tien gezinnen mee, en dat was in lange tijd niet vertoond. De foto’s werden naderhand enthousiast gedeeld met één van de vaders in de houding van een giraf (welk dier wordt hier uitgebeeld?).

Na onze komst werd de kennismaking nog een keer herhaald met een gezamenlijk bezoek aan diergaarde Blijdorp. Gezelligheid ten top en goede basis voor samen kerk-zijn!

Deze activiteiten brachten nieuw elan en zetten een levendige ontwikkeling in gang: er kwam weer oppasdienst tijdens de kerkdiensten, de kindernevendienst bloeide op, er kwam weer catechese en jeugdwerk. Dit alles betekende, dat ook uit andere hoeken van de stad gezinnen zich aangetrokken voelden en kwamen meeleven.

En niet te vergeten het koffiedrinken na de kerkdienst, niet in Pro Rege, maar bij mensen thuis, bedacht en geregeld door Jannie Korpershoek! Altijd raak!

Maatschappelijk betrokken, politiek links, nawerking Kritische Kerk Kralingen

Inleiding: Er was een heftig schietincident in Gorinchem, waar jonge meiden bij omkwamen; er was dwars door de deur van een discotheek geschoten. Heel Nederland treurde en wilde naar Gorinchem om medeleven te tonen. Er kwam een oproep: het wordt te druk in Gorinchem, blijf thuis. Thuisblijven? Dat vond ik te passief. Nu ligt notabene tegenover Pro Rege die grote kei, dat indrukwekkende kunstwerk van Truus Mengers voor de burgerslachtoffers van de Tweede Wereldoorlog. Vliegensvlug bedacht ik een bijeenkomst bij die Steen en deelde een flyer rond bij de Oudedijk. Ik kreeg veel positieve respons o.a. bloemen van de Surinaamse eettent. Er verzamelden zich tientallen mensen, met bloemen en waxientjes, in stilte. Na een korte toespraak keken we elkaar nog eens goed aan en gingen uiteen.

Tot begin jaren ’80 was er in Pro Rege de Kritische Kerk Kralingen, een soort basisgemeente net als in veel andere plaatsen. Meedoen met demonstraties tegen kernwapens en voor acceptatie van homoseksuelen, verkenning van een nieuw soort vieringen met veel Huub Oosterhuis, schrijven voor Amnesty International, inzet voor oecumene in de lijn van de Wereldraad van Kerken, aandacht voor Nieuwe Levensstijl vanwege het rapport van de club van Rome, enzovoorts. Tien jaar later was de Kritische Kerk ter ziele, maar de thema’s leefden nog altijd sterk in deze kerkelijke gemeenschap.

Dus toen ik aandacht vroeg voor een sponsorloop voor het Aidsfonds te Amsterdam en aangaf zelf mee te zullen lopen, kreeg ik bij de uitgang een grote collecte mee!

Moest er actie worden gevoerd middels een brief, dan lag die na afloop van de dienst op de Avondmaalstafel en vrijwel iedereen tekende!

Homoseksualiteit was geen probleem: ze werden net zo goed ambtsdrager en er kwamen ook roze voorgangers. Spontaan ging dit allemaal, geen conflict, eerder steunbetuiging, geen discussie, maar acceptatie. Op een goed moment vroegen de trouwe vrienden, George en Koos, om een zegening van hun relatie tijdens een reguliere kerkdienst.  Wat een ontroerend feest werd dat.

Liturgische ontwikkelingen

De wekelijkse kerkdienst functioneert als hoogtepunt van ontmoeting en beleving. De liturgische beweging in de Samen-op-Wegkerken betekende ook in Pro Rege aandacht voor symboliek en nieuwe rituelen.

De Avondmaalstafel ‘verdiende’ een mooie lezenaar in plaats van ‘dat houten ding’. Advies werd gevraagd aan de interieurarchitect en een prachtexemplaar kwam, in perspex. Tegelijk ging men op zoek naar nieuwe antependia, de kleurrijke doeken op de Tafel, waarmee de tijd van het kerkelijk jaar wordt aangegeven. De Paaskaars deed zijn intrede en bij de Doop kwam de Doopkaars – deze werd door eigen mensen met goudvernis beschreven met de naam van de dopeling en de doopdatum.

Een doopdienst was dus nooit meer een gewone dienst. De leiding van de nevendienst zorgde steeds voor een fantasierijke attentie. En dan de binnenkomst van de dopeling met de doopouders met daarachter de hele rij kinderen van de nevendienst. Dan mocht ik als voorganger voorop en we gingen de hele zaal door, waarbij de dopeling(en) trots en blij werd(en) getoond aan de Gemeente. We zongen daarbij standaard het – gelukkig lange – lied: ‘Verbonden met vader en moeder, natuurlijk het meest met die twee….’ Daarbij werd vaak een traan weggepinkt.

Als voorganger paste ik mijn kleuren ook aan, m.n. de stropdas. Een liturgisch gewaad kwam pas na veel vijven en zessen, o.a. na een heuse modeshow in de grote zaal, met veel hilariteit. Geen zwarte toga, ook geen witte of grijze met stola zoals zoveel collega’s in die tijd, maar een Ethiopische, speciaal gemaakt door een moslim kleermaker in Addis Abeba, via Yeshi Birara. Toen ze vertelde dat hij bestemd was voor een christelijke dominee in Holland, kreeg ze hem gratis mee! Een prachtig interreligieus verhaal met veel respect. 

Samen-op-Weg…..

Er waren al gezamenlijke kerkdiensten m.n. in de zomerse vakantietijd. Een enkele keer een gezamenlijke kerkenraad (toen nog gespeld zonder n!). De Hervormde Gemeente raakte echter al snel in een crisis. De opvolger van de geliefde ds. De Kruijff stopte plots en het kostte jaren van overleg en heel veel energie om daar de kerkelijke gemeenschap bij elkaar te houden.

Gijs Roodhorst zaliger, zag juist nu kansen en openingen om samen op te trekken en zag een versneld samengaan wel zitten. Het hing in feite al in de lucht. Echter, de noodzaak van herstel van vertrouwen in eigen kring en gemeente slurpte te veel energie en SoW vertraagde. De cultuurverschillen tussen de Gereformeerden met veel leden in Kralingen-West en de Hervormden met veel leden in Kralingen-Oost bleken ook wel erg groot. Er moest tijd gewonnen om aan elkaar te wennen. De grote verschillen gaven helaas ook spanningen.

Jeugd en jongeren, kinderen en tieners, jonge ouders

‘Geloven in de leefwereld van jongeren’ – onder deze titel verscheen een rapport met aanbevelingen aan de Kerken als reactie op een eerder verschenen alarmbericht: ‘Het lege testament’ – De kerk had de jeugd slechts een leeg testament nagelaten. Dat moest en kon anders. Met die aanbevelingen ben ik als consulent jeugd- en jongerenpastoraat de classiskerken langs gegaan: gemeente-avonden, pastorale raden, jeugdouderlingen: allemaal namen ze er kennis van en dit werd steeds vertaald in nieuw beleid. Centrum De Heuvel speelde hierbij een ondersteunende rol. Het bleef niet zonder gevolgen.

Anekdotisch: Na een zondagse kerkdienst met kindernevendienst en al, kwam Jannie Korpershoek met een lumineus idee. Ze had gezien dat die kinderen steeds groter werden en inmiddels gingen puberen. Kon er niet een TIENERNEVENDIENST komen? Wat een gaaf idee. En we gingen er meteen mee aan de slag. Leiders werden gevonden, andere dan voor de kleine kinderen! En we konden van start, eenmaal in de maand. En ze zaten dan eerst boven op de galerij, een heerlijke vrijplaats, om dan naar beneden te rommelen en naar hun eigen ruimte te gaan. Zij kwamen niet terug in de dienst, zoals de kleine kinderen, want hun programma liep standaard uit.

De kindernevendienstleiding maakte ook een ontwikkeling door, een creatieve.

  • De voorbereidingen op Kerst en Pasen werden ‘projecten’: voor Advent en voor de 40 dagen. Er werden in eigen creativiteit prachtige, symbolische verbindingen gelegd met de grote-mensendienst en bij terugkomst werd er steeds kleurrijk verteld, wat ze hadden beleefd en gedaan. Palmpasen werd uiteraard helemaal uitgelicht met verhalen en een optocht.
  • Kerstviering met de kinderen: dat was een heel eigen uitdaging. Het verhaal van Varenka werd uitgespeeld met de kinderen en een vertelster. De Kerststal van Franciscus van Assisi en het verhaal ervan, kreeg theatraal vorm en wat werd er genoten. Ook werd een paar jaar achtereen Kerst met de kinderen (en hun ouders uiteraard) gevierd bij de Schaapskudde van de Esch. De beheerder, Arie Hallensleben, met wel 120 schapen op de dijken langs de Maas, was gevraagd wat erbij komt kijken om een ‘goede herder’ te zijn. Hij zei: ‘Als ik doe wat zij willen, doen zij wat ik wil’. Een basisformule voor goed leiderschap. Hij zag wat ze nodig hadden en ze kregen hem lief. Wat een belevenis om met de kinderen in een lange stoet met lichtjes naar de kooi te wandelen. Vanuit de daar verzamelde groep ouders werden ze al van verre toegezongen met de bekende kerstliederen. Dan de ontvangst, de ontmoeting van kind en schaap, van mens en dier, gevolgd door het Kerstverhaal, chocolademelk met gemekker en met lekkers, gezeten op de strobalen. De samenwerking van hervormd en gereformeerd liep hierbij zo goed, dat niemand meer wist tot welke ‘club’ hij/zij behoorde. Wel werden nu de kerkdiensten afwisselend in Pro Rege en de Hoflaankerk gehouden. Begin van het nieuwe millennium werd vanuit de kindernevendienst gevraagd om echte kinderdiensten te mogen houden, op het gewone kerktijdstip, zondagmorgen 10.00u als heuse eredienst. Dat idee werd niet zomaar omarmd door de kerkenraad. Want: hoe moest dat met de preek, de ouderen, de rol van de dominee? Het was ook even slikken, om als voorganger te horen dat een preek niet nodig zou zijn. Om vervolgens bij de uitvoering te merken hoe belangrijk en waardevol de Groet van Godswege aan het begin en de Zegen van de Eeuwige aan het eind werden. ‘We willen niet zonder zegen, we willen mét Gods zegen deze diensten houden’. Toen in het vervolg de dominee gevraagd werd om de rol van profeet te spelen in zo’n dienst, kon het niet meer stuk. Wat een feesten waren dit.
  • Op een goed moment bedacht Edukans het idee van de Schoenendoosactie. Schoenendozen gevuld met kleurpotloden, schriftjes, tandenborstels en zo meer. De de stapel werd elk jaar groter, dankzij Edith, die zelf immers al vele jaren luisterde naar de naam ‘Stapel-kamp’! Grootse vieringen werden dat, vol dankbaarheid en creativiteit.
  • Wat ook een impuls kreeg waren de Kerk-en-Schooldiensten, voorbereid met bezoeken van de dominee op school in alle groepen en het hele team deed mee. Gezellig volle kerken, versierde kerkzalen met tekeningen en andere creatieve uitingen. En zingen uiteraard, de ingestudeerde kinderliederen. En wat bijzonder was: moslimmoeders kwamen mee.

Anekdotisch: het thema was een keer het Oudhollandse, maar zeer kerkelijke woord BARMHARTIGHEID. Net daarvoor was er in Brabant een Beweging voor Barmhartigheid begonnen. Toen de dominee zei: ‘En voor de ouders: als jullie meer wilt weten of lezen, dan kun je dat vinden op ‘WWW punt BARMHARTIGHEID punt NL‘ ging er een vrolijk gelach op: Barmhartigheid! op het toen nog kersverse internet! Dat is mooi. Opeens voelde ieder: daar wil ik ook bij horen en aan meedoen.

  • De jonge (doop)ouders werden al van meet af aan uitgenodigd voor kringen Geloofsopvoeding. Daarvan hebben we er ontelbaar veel gedraaid, in West, in Oost, in Prinsenland. Steeds bij een gezin aan huis. Het mooie materiaal werd of ter plekke ontwikkeld of landelijk uitgewisseld. Over bidden met kinderen, maar ook over het gedrag van kinderen: hoe streng moest je/mocht je zijn? En als de kinderen met vragen komen, welk antwoord geef je dan? Of liever dus maar geen antwoord, om samen met je kind de vraag te verkennen en te zoeken.

De zanggroep en cantorij Pro Rege

Na een wat ongemakkelijke start kwam in 1993 Laurens de Visser uit Ridderkerk als vaste organist naar Pro Rege, maar niet zonder slag of stoot: hij moest toch echt eerst een soort bekwaamheidstest afleggen voor een officiële commissie.

De cantorij nam hij erbij en hoe! Om te beginnen was er aandacht voor het instuderen van nieuwe melodieën uit het Liedboek. Daarna de gezongen gedeelten uit de Avondmaalsliturgie. Het smaakte naar meer. Laurens kwam met liederen en teksten uit de Pepergasthuiskerk te Groningen en later met de oratoria van Marijke de Bruijne. We zongen naar Kerst toe met ‘de Appelbloesem’, terwijl op de liturgische tafel een tak van een appelboom vanaf de Derde Advent begon uit te lopen. Een klein wonder. Daarna ‘de Graankorrel’ in de 40-dagentijd met z’n ontroerende teksten, die later ook bij uitvaarten werden gebruikt.  Nog weer later liet hij ons kennismaken met de liederen uit Iona, vol Keltische spiritualiteit.

Toen Laurens en Marjan ook nog naar Rotterdam verhuisden, kon de Cantorij ook meedoen aan vieringen in Zorgcentrum De Nieuwe Plantage, waar geestelijke zorg werd verleend vanuit de kerk. En bij uitvaarten van dierbare zanggroep- en kerkleden.

Al met al een belangrijke bijdrage aan de vreugde en het plezier van samen kerk-zijn aan de Oudedijk.

DMA – de Doe-Mee-Aktie

Meer dan een bezoekgroep was de Doe-Mee-Aktie. De bezoekwijken hadden ze onderling verdeeld, deze actieve vrouwelijke leden van de kerk. Trouw werden bezoeken gebracht. Ook werd meegewerkt aan de toen in zwang zijnde Groothuisbezoeken. Maar dat was niet alles: de jaarlijkse Kerstmaaltijd (later Adventsmaaltijd) was altijd een hoogtepunt met een hoofdrol voor de organisatrice, Gerrie van Veen. Er was een uitgewerkte liturgie, met liederen en gedichten, pianospel en zang voor een bijzondere en spiritueel rijke middag, vol blijde ontmoetingen. Want ze werden uit hun huis opgehaald, zij die soms nergens anders meer kwamen. Een groot familiegevoel werd gedeeld.

Leden van deze DMA deden ook al gauw mee aan de maandelijkse maaltijden, samen met initiatiefnemers Sjoerd Eikelboom en Nico van Veen. Wat was het leuk om het favoriete recept van eerstgenoemde te leren kennen: het jaarlijks terugkerende ‘captain’s diner’. En niet te vergeten het toetje: de zelfgemaakte Mérengue met slagroom en aardbeien. Nico zorgde voor de tafelcollecte en wist altijd een mooi doel te bedenken, tot een geit aan toe. Soms kwamen er meer dan 40 mensen op af; dan werd er vanzelfsprekend een tafel bij geschoven.

De maaltijden werden allemaal en altijd bij de leden van de maaltijdgroep thuis zelf bereid met eigen recepten. De zuurkoolovenschotel was uit een boek met wel 100 zuurkoolrecepten!

Jubilea van deze actie werden passend gevierd. Bij de honderdste maaltijd klonk de maaltijd-ballade.

Rotterdam ‘bruisend aan de Rotte’ en de kerk groeit mee

Eind jaren tachtig gaat Rotterdam bijna failliet. In Pro Rege staat dan een dominee die zichzelf als ‘laatste der Mohikanen’ neerzet. Gaat deze gemeenschap door of is het einde verhaal?

De Gemeenteraad van de stad kiest voor radicale nieuwbouw, dure nieuwbouw, waarmee ook de bovenmodalen zich weer in Rotterdam zouden willen vestigen. ‘Wonen aan het water’ is het toverwoord en de mooie flats verrijzen. Ook in de Esch. Oud-Rotterdammers keren na een verblijf in een Vinex-wijk, terug naar ‘hun’ stad! Voor gezinnen die in de stad en de stadse sfeer willen blijven, wordt Prinsenland ontwikkeld. En het werkt. De leegloop van de stad – en van de kerk – wordt een halt toegeroepen.

Vanuit Pro Rege wordt al door Anne Gercama een bezoekgroep opgezet voor de nieuwe bewoners van Prinsenland samen met Kralingseveer. Dat blijft niet zonder gevolgen. Het ledental neemt toe. Er wordt weer gedoopt. Nieuwe leden melden zich spontaan aan om mee te werken, als diaken of als ouderling. Er ontstaat een voelbaar elan, dat elke zondag bevestigd wordt in de dienst en in de ontmoetingen erna, tijdens het koffiedrinken. Daar is ook de Wereldwinkel paraat met een keur aan producten, afgestemd op het seizoen, want in december worden er cadeautjes gekocht en gegeven.

Devonia – het tehuis met een plus

Elke zondag kwamen ze, bewoners van Devonia om de kerkdiensten mee te vieren. En elke keer kreeg de dominee een uitbundige omhelzing van John, altijd gepaard met een grote grijns. Of met een verhaal: m’n moeder ziek, bidden! John was kunstenaar, hij werd zelfs landelijk en internationaal bekend met zijn bijzondere stijl en grote werken, geschilderd bij atelier Herenplaats. Toen zijn moeder stierf, was hij ontroostbaar, totdat een tante hem wist te overtuigen dat ze in de hemel was en het daar goed had. Dat inspireerde hem tot het ‘schrijfschilderen’ van enorme brieven ‘per adres’ hemel, die o.m. in Pro Rege kwamen te hangen toen er een prekenserie over de Brieven uit Openbaring was. John was toen ook al een keer aan het einde van de dienst de preekstoel opgeklommen om de gemeente de zegen te geven. Hij deed dat met zoveel gloed en overtuiging, dat het ‘goed was’.

Cor, een andere enthousiaste bewoner, wilde een keer speechen, want hij was jarig. Hij ‘leest’ voor van een groot vel, dat hij plechtig in zijn handen houdt. Naderhand blijkt het een leeg vel te zijn: hij had uit zijn hoofd staan spreken! Super.

Cees was de altijd rustige van het stel. Hij kon orgelspelen van bladmuziek, dat op een heel bijzondere wijze de noten aan gaf, het zgn. Klavarscribo. En dan vooral de Psalmen. Toen hij overleed, bleek uit zijn testament dat hij de kerk financieel had bedacht: voor de Kerk 100 gulden, voor de Zending 100 gulden, voor de Evangelisatie 100 gulden. We hebben voor die laatste twee bijdragen Bijbels gekocht in de versie van Groot Nieuws voor U, en die uitgedeeld op school en in de Nieuwe Plantage.

Hun inbreng en aanwezigheid in de eredienst was een groot cadeau van de Heilige Geest. We hebben zoveel van ze geleerd.

Anekdotisch: Toen we begonnen de Avondmaalsvieringen in de kring te houden – een kring die opgesteld werd langs de wanden van de kerkzaal – en ieder werd uitgenodigd om elkaar de Vredegroet te geven, deden zij mee, en hoe: iederéén moest natuurlijk een handdruk krijgen en ze gingen de hele rij langs. Toen één van hen merkte, dat het stil werd om hem heen, omdat de gewone kerkgangers zagen wat hier gebeurde, hoe het eigenlijk moest, hief hij halverwege zijn hand op, groette iedereen in een keer…en verliet de kerkzaal al zwaaiend. De volgende zondag was hij er weer gewoon, hoor.

Verborgen Tuinen: verborgen Kerkzaal – De tuin van verhalen

Toen op initiatief van o.m. Arboretum Trompenburg het jaarlijkse weekend van de Verborgen Tuinen Rotterdam werd geboren, werd Pro Rege in de route opgenomen als Verborgen Kerkzaal. Daartoe werd een expositie in de kerkzaal gerealiseerd onder de titel Kruisbestuiving van twee kunstenaressen: de een kwam met prachtige natuurfoto’s, de ander met impressies van de natuur op doek, om en om opgehangen. Mooi was dat, maar ook de geboden verstilling van de kerkzaal met rustige muziek.

Totdat meerdere bezoekers begonnen te vragen: Waar is nu de tuin?

Een Belgische vriend kwam op bezoek. We spraken over tuinen en de noodzaak van ontstenen om de hitte en de droogte te bestrijden: tegels wippen om de aarde te laten ademen en daarin planten en struiken. Hij bood ter plekke twee stekken van zijn pitloze witte druif aan, en een stek van een vijgenboom. ‘Wat een cadeau voor de stad is dit’, zei hij erbij. Ik heb hem vaak geciteerd.

Dit werd het inspirerende begin van de Tuin rond Pro Rege. De symboliek van de wijnstok en vijgenboom is in kerkelijke kring immers zo vertrouwd. Een paar jaar later lagen de druiven in een schaal op de Avondmaalstafel als ‘vruchten van de wijnstok’.

Met Dodenherdenking en rond de viering van de Bevrijding werd een olijfboom geplant, vlak naast de opgang. Zie wat een boom dit is geworden, sprekend van de Overwinning van de Vrede.

Toen we in de kerkdienst de profeet Jeremia lazen, en we hoorden van de amandelboom bij zijn roeping, werd die gekocht. En hij sloeg aan: de prachtig vroeg-uitschietende roze bloemen zijn jaarlijks een feest. En de amandelen (ja, die kwamen!) werden wel meegenomen op ziekenbezoek: een groene groet uit de Tuin.

Eenmaal de smaak te pakken groeide de Tuin uit tot een complete levensreis, van geboorte, via geboortekanaal, beproeving tot welzijn en geluk.  Achter de kerk dus het mosterdzaadje en de moerbeiboom, tekenen van hoop en geloof. Langs de muur ook distels, de Japanse wijnbes.

De Tamarisk kwam omdat het gemeentelid met de achternaam Tamerius ontdekt had, dat die boom haar wapen was. De hele groep van Kerkplein was aanwezig voor dit feestelijke moment.

En ’s zondags bij de in- of uitgang van de kerkdienst kreeg ik zaadjes of plantjes toegestopt: een salvia judaïca, de zaadjes van Jona’s wonderboom…. Enkele enthousiastelingen gingen meehelpen dit kleine paradijsje te onderhouden, snoeiwerk, veegwerk e.d.

Ondertussen bleef Pro Rege meedoen als Verborgen Kerkzaal met o.a. exposanten van Outsider Art.

Anekdotisch: een van de bezoekers van de Verborgen Tuinen/Kerkzaal komt vol verbazing en emotie binnen en vraagt; wat is dat voor plek, daar, achter in de tuin? Hoezo? ‘Ik werd er helemaal opgenomen, spiritueel geraakt op die plek; het is net of hemel en aarde daar samenkomen.’ Daar word je toch even stil van.

Stiltepoëzie

Een intieme kerkzaal, een gevoeligheid voor taal én goede voordracht, een muzikant met klavecimbel: mooie randvoorwaarden voor een initiatief rond de landelijke Gedichtendag om in Pro Rege een dag vol gedichten te organiseren onder de titel STILTEPOËZIE. Kralingen bracht immers ook dichters voort. Er werd een programma samengesteld, diverse stemmen gevonden en het programma werd opgenomen op cd. Veel ontroerende momenten, nog steeds. Later gevolgd door muziekuitvoeringen met studenten van het conservatorium en reeds gevestigde namen. De akoestiek werd alom geprezen, ondersteund door de gehele ambiance.

Van Dialoog tot Dialoop

Na de aanslag op de Twin Towers in 2001 werd in Rotterdam de jaarlijkse Dag van de Dialoog geboren. Vanuit Pro Rege sloten we aan en deden mee. Er werd samen met het Welzijnswerk, Jongerenwerk, Belangstellenden een Werkgroep gevormd, die in de consistorie van Pro Rege plannen ging uitbroeden om overal in de wijk Kralingen Dialoogtafels te realiseren. Het idee: nodig 8 mensen uit per tafel, van verschillende leeftijd, geslacht, herkomst, geloof en cultuur. Spreek elkaar in vier vaste rondes van 1. Kennismaken, 2. Ervaringen delen, 3. Dromen en 4. Doen: het uitvoeren van die droom in commitment. Aan de hand van een centraal afgesproken thema zoals: Respect, Gaan voor je stad, Helden e.d. De uitkomsten zouden naar de (Deel)Gemeente om uitgewerkt te worden tot beleid. Want er kwamen heel concrete dingen uit, verbeteringen voor de sfeer en de samenhang in de wijk. Kerk en Samenleving wisten zich op elkaar betrokken en hadden elkaar nodig.

Na diverse tafels op Het Libanon, in de Vrouwenstudio, bij Knooppunt Kralingen en buurtcentra, werd het idee geboren om met de Dialoog meer in beweging te komen en ontstond de Dialoop. Wandelend door de wijk, met inbreng van winkeliers, straatwerk, ouderenzorg, jeugdinrichting enzovoorts. De dialoog vermenigvuldigde zich doordat ook de straten en buurten hun stem konden verheffen.

Anekdotisch: De dialoop is aangekomen op een plek tussen Pension Havenzicht en het pand van de beide studentenverenigingen. Er is een grote kring van belangstellenden. Elk vertelt zijn verhaal, de een over de zwervers, die opgevangen worden. Ze verlangen èch wel naar een betere voorziening, met een schuin oog naar het indrukwekkende pand van de Corpsstudenten. De studenten vertellen over hun activiteiten, het belang van de organisatie ter voorkoming van eenzaamheid bijv. Toen werd aan beiden – en tegelijk aan alle aanwezigen – de vraag gesteld: Wat denken jullie: wie van deze twee groepen, daklozen en studenten, geeft in de wijk de meeste overlast? Waarop de studenten prompt zeiden: wij! Daarop klonk een bevrijdend en instemmend gelach van alle kanten, en applaus voor hun eerlijkheid. En niet dus de zwervers!

De gedeelde Bijbel, de heilige huisjes en preken voor andermans parochie

Er waren al de jaarlijkse gezamenlijke gebedsvieringen van Wereldgebedsdag in de Avenuekerk, Pro Rege en later ook bij het Leger des Heils. Die contacten bundelden zich ook in een gezamenlijke inspanning voor verspreiding van de Bijbel en de kennis over de Bijbel. De Alpha-cursus ontstond en werd gegeven bij Leger des Heils en Evangelische Broedergemeente.

Maar: ieder had nog zijn eigen ‘heilige huisje’ en wat wist men daarvan? De bevolking van de wijk veranderde voortdurend en velen raakten vervreemd van die – meestal – gesloten gebouwen. Dus gingen we op pad om elkaars Godshuizen en Gebedshuizen te leren kennen. Later kwam daar ook bezoek aan de Crooswijkse moskee bij.

Het Nederlands Bijbelgenootschap zorgde inmiddels voor een expositie in Pro Rege. Wat vervolgens lukte was een bezoek van Basisschoolleerlingen aan deze Bijbeltentoonstelling. Nieuwsgierig waren al die kinderen uit niet-gelovige, andersgelovige en moslimmilieus.

‘Rotterdam is vele steden’ werd het motto voor ROTTERDAM CULTURELE HOOFDSTAD VAN EUROPA. Om elkaars werelden te leren kennen werd voor de verschillende religieuze groepen het project ‘Preken voor andermans parochie’ bedacht. En we deden mee. In Kralingen ontvingen we een Pakistaanse imam en een Hindoeïstische pandit. De dominee ging voor in de RK Basiliek en in de Hindoetempel. Het leidde tot bijzondere en leerrijke ontmoetingen en gesprekken. Toen de Pakistaanse imam in Pro Rege kwam preken, was de belangstelling overweldigend en het nagesprek uiterst leerzaam. Een pandit, voorganger van de Hindoetempel, kwam naar de Hoflaankerk. Die nam meteen maar de vrijheid om zijn dienst vanaf de kansel te beginnen met het hindoeïstische OHM gebed. Reactie van kerkgangers: kon dat zomaar? Ja…

En de Migrantenkerken kwamen op. Zij verenigden zich in SKiN = Samen Kerk in Nederland. De Internationale Schotse Kerk wist ze te vinden en hield een internationale gebedsdienst in de Vredesweek met een zeer kleurrijk gezelschap voorgangers. Een Ghanese Gemeente zocht voor haar kerkdiensten en vieringen onderdak en vond het in Pro Rege. Een hartelijk contact ontstond met voorganger Philomena en de Amsterdamse bronkerk. Om kennis te maken, elkaar te leren kennen met het oog op de jeugd en de toekomst van de kerk, organiseerden we gezamenlijk een paar jaar achtereen SPIRIT, een gezellige en inspirerende meeting met veel zang, Bijbelstudie en niet te vergeten Djembé-geroffel.

Het idee kwam op om een bezoekgroep Migrantenkerken te starten en daaruit voortvloeide het mooie evenement International Evensong in de Hoflaankerk. Zeldzaam ontroerend om samen de lof te zingen, en zo heerlijk uitbundig.

Anekdotisch: tot ver in de jaren negentig was er in Pro Rege nog de Christelijke Volksbibliotheek, gevestigd in wat nu de consistorie is. Die volksbibliotheek was in 1905(!) opgericht ter bevordering van het lezen in het algemeen, van christelijke boeken in het bijzonder en van het voorkómen van het lezen van ‘verkeerde’ boeken. Elke woensdagmiddag was ie open. Voor een dubbeltje kreeg je een boek mee, keurig gekaft en genummerd. De koster zorgde trouw voor de nodige koffie voor de laatste Bibliothecaresse.

Toch paste deze bieb haarfijn bij het profiel van Pro Rege: kijk naar de opvallende versieringen in de gevel, de Bijbelteksten. Pro Rege was een Evangelisatiegebouw uit 1924 en de naam ontleend aan een artikelenserie van dr. Abraham Kuijper: het leven van de hele mensheid diende gewijd te zijn aan de Ene Koning, Jezus Christus. Dat heil hield je niet voor jezelf, maar daarvan getuigde je in de stad, op straat, met boeken. Die basis-openheid heeft het bestaan van Pro Rege en de daar samenkomende Gemeente al die jaren gekenmerkt in een grote openheid en maatschappelijke gerichtheid.

Waarvan akte.

Peter van Helden
Van juli 1991 tot april 2009 predikant in Pro Rege